Even op adem komen en de emoties van de voorbije weken terzijde schuiven. De alledaagse korfbalbelevenis ruilen voor een welverdiende tussentijdse ontspanning. Echter niet iedereen zet zijn gedachten om tot stilstand, ik bedoel hiermee de trainers die reeds bezig zijn met de voorbereiding van de nacompetitie veldkorfbal. Dus gebruik ik de Rijko-Website om deze mensen met een positief zetje te bewieroken. Vooraleer een speler(ster) de grote poort naar de kern doorstapt heeft hij/zij reeds een lange weg in de jeugdreeksen afgelegd. Vanaf de basis in de bewegingsschool over de U6, naar U8 en U10 leggen ze meestal een parcours af waar korfbalspel langzamerhand overgaat in korfbalsport. Nu komt het serieuze karakter van de wedstrijdsport dat voorheen nog ontbrak aan bod. Het werken als trainer bij een grote club, met veel jeugdspelers zoals bij Rijko, is natuurlijk ideaal. Men kan putten in de diverse jeugdcategorieën uit een royaal reservoir. Voor de vorming, daar staat een onderlegde jeugdtrainer voor om zijn korfbalkennis over te brengen op zijn discipelen. Echter het is een feit, dat gaat niet als vanzelf ofte niet zonder slag of stoot, jeugdspelers zijn mensen met groeistuipen. Iedereen is ooit ontwaakt op een dag en er achter gekomen dat hij een puber is geworden. En iedereen schijnt er weer van af te komen, al duurt het bij de één wat langer dan bij de ander. Het eigenaardige is dat niemand er later, eens volwassen, aan herinnerd wil worden, terwijl het toch zo normaal is. En in elke korfbalclub heb je wel enkele van deze exemplaren rondlopen. Al die volwassenen, die heden trainers en coaches worden genoemd, schudden menigmaal hun hoofden als ze hun puberale spelers(sters) weer eens op een avondtraining of tijdens een wedstrijd te keer zien gaan. Oh, oh, wat zijn ze weer koppig! Ja vroeger, toen het gras nog groener was, dan was het allemaal anders, zegt men vaak. Maar wat mij steeds verbaast, is dat die trainers/coaches toch maar blijven doorgaan met trainen en begeleiden, ondanks het feit dat die jongelui hun elke keer tot wanhoop drijven. Thuis piekeren ze zich te pletter en trekken de haren uit het hoofd, wanneer het niet draaide zoals vooropgesteld. Maar telkenmale staan ze er week na week terug in hun trainingspakjes en worden hun volgelingen met open armen ontvangen. Vol goede moed, enthousiast springen ze als jonge honden om met het jeugdige volkje, alsof ze de problemen van de voorbije dagen en weken weer zijn vergeten. Ooit komt het keerpunt en ongeremd speculeren zij over de komende maanden, waar het team het zal waar maken en omzetten in meesterlijke prestaties, al blijft het soms bij een droom! Zou dit komen omdat dit ras van jeugdtrainers er echt plezier aan beleeft om jonge adolescenten of pubers in spé te trainen of komt het allemaal voort vanuit een morele drang om opgroeiende jongeren het juiste spoor in hun geliefde sport te laten vinden. Korfballen is gebaseerd op ingeslepen gedrag- en rolverdeling. Deze patronen komen slechts tot stand door veel oefening, praktische ervaring, aanleg en steun van de begeleiding en de medespelers. Bedoeling is de trainingsstof bij éénieder in te slijpen, elke groep op zijn eigen niveau, een nauwgezette taak die op de schouders van onze trainers berust. Uiteindelijk, eens een vak is ingespeeld op automatismen ligt de eindstreep niet ver meer af, het einddoel in zicht is dan praktisch bereikt. Enkel door de inzet, doorzetting en volharding van onze spelers(sters) op de trainingsstonden resulteert zich dat week na week in een beter inzicht in de korfbal materie en dit tot groot vermaak en voldoening van de trainer/coach. Misschien komt er nog eens een dag als de huidige jongeren generatie in hun zetel zittend, achteruit leunend hun korfballoopbaan overlopen, dat het besef komt dat wat die ene lullende coach of andere halvegare trainer met hen deed toch soms bijzonder was. Want het zou best kunnen dat onder het pantser van discipline en onvermurwbaarheid, een zeer gevoelig mens schuilt die er alles aan doet om jullie korfbalsport te verrijken met zijn praktijkervaring. Elke keer als je je trainer eens helemaal beu bent en je je buik vol hebt van zijn gezeur, kijk hem of haar dan heel diep in de ogen en tel tot tien.                                                                               

Eugeen.